Grootschalige biomassacentrale om UCLouvain te voorzien van groene warmte en elektriciteit

In het kader van haar overgangsstrategie streeft de UCLouvain ernaar om tegen 2035 koolstofneutraal te zijn, meer bepaald door doortastende maatregelen te voorzien op haar campus in Louvain-la-Neuve. Om dit te bereiken heeft de UCLouvain een contract ondertekend voor de aankoop van warmte en elektriciteit van een biomassacentrale die door een particuliere operator wordt gebouwd op een terrein dat toebehoort aan in BW (Intercommunale Waals-Brabant). Om dit te bereiken heeft de UCLouvain een overheidsopdracht voor de aankoop van energie gegund aan GBES (Green Building Education Services).
Het doel? Groene energie produceren (warmte en elektriciteit) die tegen de winter van 2027 voor bijna 100% zal voorzien in de behoeften van de campus van de UCLouvain in Louvain-la-Neuve.

Waarom een biomassacentrale voor UCLouvain?
Toen Louvain-la-Neuve werd gebouwd, was het de visie van de UCLouvain om een innovatieve en baanbrekende laboratoriumstad op te richten. Uniek was dat de universiteit eigenaar was van haar verwarmings- en elektriciteitsnetwerken, waardoor ze controle kreeg over de energieproductie en -distributie. 50 jaar later is duurzame ontwikkeling nog steeds een prioriteit.
De UCLouvain heeft een investeringsplan van 100 miljoen euro opgezet over een periode van 20 jaar (2044) om het warmteverbruik met minstens 60% te verminderen ten opzichte van 2009, met als doel de gebouwen koolstofneutraal te maken tegen 2035.
Na analyse koos UCLouvain voor een oplossing op basis van biomassa (omwille van de betrouwbaarheid en kostenstabiliteit) om te voldoen aan de grote jaarlijkse energiebehoeften van de universiteit (40 GWh/jaar aan warmte en 26 GWh/jaar aan elektriciteit - het equivalent van 82 miljoen km met de auto, of meer dan 2000 reizen rond de wereld). 
Als de productie van warmte en elektriciteit het verbruik van UCLouvain overschrijdt , zal het overschot door GBES worden verkocht aan bedrijven en sites in het wetenschapspark van Louvain-la-Neuve, dat gezamenlijk wordt beheerd door UCLouvain en de intercommunale in BW, en in het bedrijvenpark “La Sablière”, dat momenteel door in BW wordt ontwikkeld. De overtollige elektriciteit wordt teruggeleverd aan het elektriciteitsnet.

Deze biomassacentrale is, net als het parkproject “La Sablière”, een van de initiatieven die door de vier belangrijkste spelers in Waals-Brabant worden ondersteund in het kader van BW 2030.

Een partner die warmte produceert

Voor de bouw en exploitatie van deze biomassacentrale heeft UCLouvain, dat geen warmte produceert, de hulp ingeroepen van partners die experts zijn op dit gebied. Na een Europese openbare aanbesteding werd GBES (een bedrijf dat momenteel bestaat uit Idex, een belangrijke speler op de koolstofarme energiemarkt, en Veolia, de referentie in oplossingen rond ecologische transformatie) aangesteld om de universiteit te ondersteunen in haar strategie om de CO2-uitstoot te verminderen. Veolia, aan wie dit overheidscontract  in 2020 werd gegund, koos ervoor haar krachten te bundelen met Idex, dat meerderheidsaandeelhouder wordt in het project en de energiecentrale zal financieren. Samen zullen ze verantwoordelijk zijn voor de bouw en exploitatie van het project.

Waarom GBES? 

GBES heeft het overheidscontract voor de bouw en de exploitatie van de energiecentrale binnengehaald. De exploitant voldoet aan de voorwaarden die UCLouvain oplegt:

• Groene energie leveren die geproduceerd  wordt met behulp van een afval-type biomassa vector (op basis van 55.000 T/jaar houtafval teruggewonnen uit recyclageparken) van een kort, lokaal circuit (in BW en andere Waalse openbare diensten), evenals van particuliere inzamelaars. Deze groene energie vertegenwoordigt lokale koolstofarme energie, de kern van Veolia's strategische plan GreenUp;
   
• De hoogste milieunormen respecteren, met name op het gebied van rookgasemissies. Om een gezond milieu te garanderen, vertrouwt GBES op technische voorzieningen  die verder gaan dan de huidige wettelijke vereisten. Daarnaast installeert de exploitant een permanent monitoringsysteem  om, aan de hand van de geïnstalleerde sensoren, alle activiteit te analyseren.

Waarom in BW?

in BW stelt niet alleen het terrein en de participatie van 5% beschikbaar, maar zal ook lokale, korte keten grondstoffen inzetten. De fabriek zal draaien op B-hout uit de 17 recyclageparken, goed voor 15.000 ton per jaar. De voordelen voor in BW? De huidige kosten en koolstofvoetafdruk van houtwinning verminderen. Een voordeel voor de partnergemeenten van het netwerk van recyclageparken van in BW en, uiteindelijk, voor de burgers.
Sinds een tiental jaar is in BW op zoek naar een duurzame, lokale oplossing voor het probleem van het beheer van hout uit recyclageparken, tegen betere financiële voorwaarden dan de huidige kosten. Sinds de invoering van het sorteren van hout op de recyclageparken is de hoeveelheid beschikbaar hout gestaag toegenomen en is er onvoldoende capaciteit voor recyclage in België. De biomassacentrale zal het mogelijk maken om dit hout te recycleren en tegelijkertijd de kosten en het transport te verminderen.

Waarom Mont-Saint-Guibert? 
De voordelen van het terrein dat door in BW ter beschikking wordt gesteld zijn: voldoende oppervlakte in de buurt van de campus om de centrale te installeren; de nabijheid van het overslagcentrum van in BW (waar het meeste hout is gegroepeerd) om gerecycleerd hout te leveren; het bestaan van geschikte infrastructuur die het transport mogelijk maakt.